Wees gegroet Maria…

()


We ontmoetten Hilde en An op het autodek van de veerboot Calais-Dover. We stonden achter elkaar. Zij met hun mosgroene Mini Cooper Van, jaren 60 model, wij met ons VW-busje uit 1974. Oldtimers scheppen een band, maar de liefhebbers zijn meestal man. Leo en ik waren dan ook aangenaam verrast toen aan weerszijden van de Mini vrouwen uitstapten. Het waren vrolijke hippieachtige types met piercings, geverfd haar en kleurrijke gewaden. Ze waren, net als wij, op weg naar Cornwall. Via Stonehenge uiteraard, op hippiebedevaart. Onder het mom, “als ik de jouwe mag zien mag jij de mijne zien,” bekeken we daar op dat autodek elkaars voertuigen. En we spraken wederzijdse complimenten uit.

Direct al bij het begin van de kennismaking trokken Hilde en Leo naar elkaar toe. An en ik schikten ons in ons lot van op elkaar aangewezenen. Dat klinkt negatiever dan het was; we konden het goed met elkaar vinden. Na tien minuten praten leek het alsof we elkaar al langer kenden. Zij was een zachte, lieve vrouw, ik een bescheiden, verlegen man. We vormden een totaal ander stel dan de gevatte Leo en de bijdehandse Hilde. Die brachten heel wat leven in de brouwerij, maar waren ook wel erg nadrukkelijk aanwezig. Gewoon al qua volume eigenlijk. God, wat had Hilde een schelle stem. En dan Leo ‘s bas er nog eens overheen. En dat schaterende en bulderende lachen. We zaten aan een tafeltje in de bar op de boot. Op een bepaald moment keken An en ik elkaar aan. We zagen aan elkaar dat we voorlopig onze Hilde-Leo-taks hadden bereikt. An stond op, ik volgde.

 “Wat gaan we doen?” vroeg Leo. “Eventjes het dek op,” zei ik, “kijken of we de white cliffs al kunnen zien.” Ik liep achter An aan.

“Wacht, wij gaan mee,” hoorde ik Leo zeggen. An en ik liepen door. “Nou, nee hoor, ik zit hier best.” Geruststellende woorden van Hilde. An en ik liepen naar een gedeelte op het dek dat niet direct door de anderen gevonden zou kunnen worden. An had een appel die ze met een mesje schilde. Het was haast een huiselijk tafereeltje: vrouw schilt appel, snijdt deze in partjes en deelt met haar man. Wat we toen niet konden weten was dat ons vredig samenzijn hier, op een bankje in het zonnetje aan de bakboordzijde van de ferry van Calais naar Dover, de voorafspiegeling was van de relatie die ons nog wachtte. In het gezamenlijke appel eten zat liefde verborgen, pure liefde, die met een hoofdletter L. We kenden elkaar net, dus we herkenden het niet. En toch was het al fijn.

Met volle mond zei ik: “Je hebt prachtige ogen, An.” Dat was niks voor mij eigenlijk, een dergelijk compliment vanuit het niets. Maar Ans ogen vroegen erom, ik had geen keuze. Ook al bloosde ik een beetje toen ik het had gezegd. “Gaan we flirten, Thomas?” An stak me een nieuw stukje appel toe. Haar glimlach was breed, de kuiltjes in haar wangen diep. In die blik had ik onze toekomstige kinderen kunnen ontdekken als ik had geweten hoe het leven verder zou gaan. Knappe kinderen, die vooral op hun moeder zouden lijken en ook een beetje op mij. Vooralsnog aten we appel. Een Jonagold.

Voordat we van boord reden, spraken we af dat we elkaar weer zouden treffen op de camping van Camber Sands direct aan zee. Het weer was on-Engels mooi en warm, we ontbeerden een airco. Dat was het lot van de oldtimerreiziger. Met de raampjes wijd open maakte ons busje te veel herrie om een gesprek te kunnen voeren. Leo ‘s gezicht sprak boekdelen, hij had zijn zinnen op Hilde gezet. Hij verheugde zich op de hernieuwde ontmoeting op de kampeerplaats. Ik dacht aan An en de appel in haar hand. Eva verleidde Adam met een appel. Ze had hem al een rib gekost.

Hilde en An kampeerden volledig in stijl met hun Mini: een retro-model tweepersoonstent, mosgroen. Ze hadden het ding in razend tempo overeind. Vervolgens keken ze naar ons geworstel met de voortent die zogenaamd naadloos aan moest sluiten op ons VW-busje. Niet dus. “Godverdomme,” klonk Leo meer dan gefrustreerd. Er moest een bepaalde logica in het opzetten zitten die volledig aan ons voorbijging. Tot Hilde en An zich ermee bemoeiden en de tent, zo stevig als een huis, tegen het busje stond. “Zo doe je dat,” durfde Hilde in te wrijven. Ze maakte zich gierend uit de voeten toen Leo haar probeerde te grijpen. Ze stoven over de camping als dolle honden, An en mij schouderophalend achterlatend. Redelijk gênant als dertigers zich gaan gedragen als pubers. “Zullen we in zee gaan zwemmen?” vroeg An.

Toen we door de duinen naar het strand liepen, pakte ze mijn hand vast. Het was heel natuurlijk, ik keek er niet van op. Evenmin was ik verbaasd over het feit dat ze zich zonder schroom naakt uitkleedde op het strand. Ze had niet alleen van mij bekijks, ook de andere strandbezoekers leken er even voor te gaan zitten. Het was de moeite waard wat ze vanonder haar hippiejurk tevoorschijn toverde. Het was een kort moment, want voor ik het wist had ze zich in een blauw badpak gehesen. Dat het halve strand, inclusief ikzelf, had meegekeken hoe zij er in Evakostuum had bijgestaan leek haar koud te laten. Ze keek mij verwachtingsvol aan. “Ga je die broek nog aantrekken?” Ze keek naar de zwembroek in mijn linkerhand. Het was onvermijdelijk dat ik tot actie moest overgaan. Na An ’s spontane omkleden, was me discreet in een handdoek wikkelen geen optie meer. Ook ik moest met de billen bloot. Met enige aarzeling kleedde ik me uit. Wie An had gemist was nu extra alert op de tweede naaktloper die dag. Hoewel, veel lopen zou ik niet zonder kleren. Ik concentreerde me op Ans geruststellende blik toen ik mijn onderbroek liet zakken. Als er camera’s op me gericht zouden zijn, zou ik ze negeren. Opmerkingen zou ik van me af laten glijden. Mijn rug was breed, mijn schouders recht en mijn geslachtsdeel klein maar fijn. Het was een futiel gebaar, maar toen ik mijn zwembroek omhoog hees, hielp An mee het laatste eindje. We stonden buik aan buik, borst aan borst, oog in oog.

“Lekker.” Dat was wat ze zei. Lekker. Met de L dik aangezet. Wat ze bedoelde, bleef onduidelijk. Het hing om ons heen toen we hand in hand de zee in liepen. Er lekker in doken, zwommen en elkaar omver duwden. Alsof we weer kind geworden waren. Lekker zorgeloos en vrolijk. An had een lieve lach en ze lachte veel. Onafgebroken bijna. Het werkte aanstekelijk. Ik had zin om haar te zoenen, maar durfde het niet. We zouden eruit gaan. Ik dook nog een keer tussen An ’s benen door en kwam voor haar boven. Het jongetje van vroeger dat indruk op anderen probeerde te maken. Ze deed het toen ik het water uit mijn gezicht had gewist. Ze kuste me, vol op de mond. Een zilte zee-kus. Met haar volle lippen en haar wilde tong. Warm ondanks het frisse zeewater.

We liepen naar onze handdoeken in het mulle zand. An pakte de hare op, maar liep door. Ik bleef even vertwijfeld staan niet begrijpend wat ze ging doen. Ze hoefde maar eenmaal te wenken om me als een kwispelend hondje te laten volgen. Uitgebreid was het duingebied achter het strand niet, helemaal verlaten ook niet. Ergens voorbij de grootste drukte, waar het ergste strandlawaai verstomde tot geluiden in de verte, legde ze haar handdoek neer. Ze trok haar badpak uit en ging zo op haar rug liggen. De taak waar ik voor stond was helder. Ik keek nog een keer schichtig om me heen, liet mijn zwembroek afglijden en gaf mij over aan de zaligste seks ooit.

De sfeer bij de tent was uitgelaten. Gezien de lege roséfles moest de oorzaak ervan in alcohol gezocht worden. Leo en Hilde hadden alleen maar oog voor elkaar. Ze waren een pastamaaltijd aan het klaarmaken op Leo ‘s gasstelletje en hadden luidruchtige lol. “Wie doet er nou tomatenketchup in de macaroni,” gierde Hilde, “dat is toch geen vreten?”

“Dat is heerlijk,” schaterde Leo, “je hebt er gewoon geen verstand van.” Het leek ons beter die twee even hun gang te laten gaan. We trokken ons terug in het tentje van An en Hilde. Badkleding uit om de slaapzakken niet nat te maken. We zoenden en streelden. Het was een gelukzalig moment dat wat mij betreft verschrikkelijk lang mocht duren. Die pasta kon me gestolen worden en Leo en Hilde erbij. Er ging niets boven de zwoele lippen van An, haar zalige borsten en billen. Haar fluweelzachte handen gleden over mijn lichaam. In minder dan een half uur gaven we ons over aan een tweede vrijpartij. Gewoon in standje missionaris naaiden we ons langzaam naar een climax. Ze had haar benen om mij heen geslagen en sloot haar ogen toen het te lekker werd. Ik bleef kijken, ik moest de uitdrukking op haar gezicht zien als ze klaarkwam. Ik steunde op mijn armen, maar toen An haar armen om mijn nek sloeg, kon ik niet anders dan me op haar laten zakken. Haar handen streelden mijn rug en vonden mijn billen. Ze drukte mijn onderlijf met kracht tegen zich aan, zo dat onze bewegingen tot een minimum beperkt werden, klein, subtiel. Toen kwamen we, gelijktijdig en luidruchtig.

In de roes waarin we verkeerden, waren de rest van de campinggasten gereduceerd tot figuranten op afstand. Als ze mee hadden geluisterd, noodgedwongen misschien, dan zouden ze ons kunnen beschouwen als pervers. Wat niet klopte natuurlijk. Het enige wat wij hadden gedaan was gehoor geven aan de roep van de natuur. Daar moest je op reageren, dat kon niet anders.

Eerlijk was eerlijk, het klaargemaakte eten was heerlijk. Dankzij Hilde, want Leo ‘s kookkunst had ik niet hoog staan. Zijn koken bestond voornamelijk uit het verhullen van nare bijsmaakjes door royaal met specerijen en sausjes te werken. An en ik zaten in kleermakerszit in het gras, het bord op onze benen. Hilde en Leo op de stoeltjes aan ons kampeertafeltje. We dronken wijn. Het was zowaar gezellig. We praatten over onze levens thuis die we voor een paar weken achter ons gelaten hadden. Over onze plannen in Engeland. Welke routes we zouden volgen, welke plaatsen we wilden aandoen. Samen reizen leek een optie, maar we spraken af elkaar vrij te laten. We konden op bepaalde campings weer afspreken. Ik keek naar An. Ze stopte een lepel macaroni in haar mond. Ze was mooi, ik was verliefd. Het liefst zou ik deze trip met haar hebben voortgezet. Samen in dat kleine tentje. Onze slaapzakken aan elkaar geritst. Vannacht sliep ik naast Leo, zij naast Hilde. Er viel een stilte, een van de weinige.

“Kunnen we vannacht…” begon ik. Het was een slechte timing, want op dat moment zakte Hilde door het wankele kampeerstoeltje. Het was een grappig gezicht. Ze lag languit, de macaroni in het gras en met haar jurk onfatsoenlijk omhoog. Haar witte string had niets om het lijf. Ik moest kijken of ik wilde of niet. Hilde lachte gelukkig, zodat ook wij vrijelijk konden lachen. “Hilde’s bijzondere verleidingsmethoden,” constateerde Leo, “ik houd van witte strings.” Hij hielp haar overeind en pakte haar stevig om het middel.

“Heb je je pijn gedaan?” Ze gaven elkaar een zoen.

An en ik deden de afwas, wederom een huiselijk tafereeltje. Dat paste bij ons, blijkbaar. Ik waste, An droogde. Ze stootte steeds even tegen mij aan, per ongeluk of expres, dat was niet duidelijk. Met haar arm. Met haar heup. Met haar been. We spraken niet veel, we hoefden niks te zeggen, het was goed zoals het was.

Terug bij het busje zagen we Leo en Hilde niet meteen. Ze waren binnen in het busje. We keken voorzichtig naar binnen. We wilden niet storen. Maar we stoorden niet. Ze zaten op de bodem, dat wil zeggen op de matras dat Leo passend had gemaakt voor het busje. Hilde hing tussen Leo ‘s armen, zijn handen op haar buik. Voor hen lagen twee onaangetaste joints en een aansteker. “We dachten even een jointje te doen,” zei Leo alsof hij een kopje koffie serveerde. Ik vroeg me af wie die dingen de UK had binnengesmokkeld. Had Leo dat gedaan? Ik achtte hem tot alles in staat.

“Cadeautje van Hilde, die drugssmokkelaarster,” lachte hij. Hij liet zijn handen speels omhoog glijden tot hij Hilde’s borsten beet had. “Jullie een en wij een.” Zo gemakkelijk ging dat dus, dat indelen in tweetallen. An en ik keken elkaar aan. Wilden we high worden? An pakte de aansteker en de sigaret, deed hem in haar mond en stak hem op. Ze inhaleerde diep met toegeknepen ogen, blies de rook omhoog en bood hem mij aan. Ik was me bewust van het feit dat iedereen keek hoe ik een haal nam.

Ik zat op mijn knieën en zag hoe An zich voor me uitstrekte op de matras, hoe ze het zich comfortabel maakte. Het trekje had geen merkbare uitwerking. Ik lachte An en het andere stel toe die nu ook opstaken. Leo zette het busje in damp. Ik kroop snel naar An voor het geval ik haar door de mist niet meer kon vinden. Ik kroop bij haar, hield haar de joint voor waaraan zij stevig zoog. Hij gloeide fel oranje op. Een zoete geur vulde de ruimte. Het was benauwd binnen, want het was warm buiten. Ik voelde mijn hoofd gloeien. Misschien kleurde ik wel fel oranje net als de sigaret. Zoog An aan mij in plaats van aan de sigaret? Ik wilde haar kussen, maar ik had de peuk tussen mijn lippen. Dat werd niks zo.

Ik keek om naar Hilde en Leo. Ze gingen op in het roken. Hilde kreunde als ze inhaleerde. Dat leek me lichtelijk overdreven. Tot ik zag dat Leo ‘s hand onder haar jurk zat. Dat vermoedde ik althans, want zijn arm stopte bij zijn pols. Maar nee, daar was zijn hand al. Tussen zijn vingers klemde hij iets wits dat ik meteen herkende als de string van Hilde. Wonderbaarlijk dat ik die meteen herkende, want hoelang had ik nou helemaal de tijd gehad dat stukje textiel te bestuderen toen ze met de stoel onderuit ging. Ans lippen krulden omhoog toen ik me over haar heen boog.

“Ik raak een beetje van de wereld,” fluisterde ze. En dat was prima, ik had geen bezwaar, ik kon met haar mee. Hoewel het andere duo, de aandacht bleef vragen. Hilde’s slipje lag vlak voor me. Ik kon het niet laten even het kruisje te bevoelen. Dacht ik al, nattig. Er kwam een jurk voorbij. Hilde had opeens niet meer aan dan een bh. Een beetje uitpuilende bh. Leo, met de dampende joint in zijn hoofd, maakt korte metten met dat ding. Het belandde ergens voorin. Aan de spiegel fantaseerde ik. Leo was echt een type om met een bh’tje aan zijn spiegel te rijden. En een sticker op zijn achterbumper met de tekst “de mijne is 5 meter”.

Speaking of… het was lang geleden dat ik Leo zonder broek had gezien, maar nu het feit zich ongevraagd aandiende, viel mijn mond open. Zijn erectie was kolossaal. Misschien omdat ik nog eens diep geïnhaleerd had, maar echt gigantisch. An, die het ook zag, pakte me verschrikt bij de arm. Was het tijd om te vertrekken? Mijn benen wilden niets. Alleen mijn ogen leken te functioneren bij het schouwspel in de blauwe rook. Als de rook om je hoofd is verdwenen, dacht ik. Ans hand gleed als een slang over mijn body, over mijn schouder, borst, buik. Ik had net nog een shirt aan, maar die was spoorloos.

“Kijk dat dan,” lispelde An in mijn oor. Ze beet in mijn lel. Ik vermoedde dat ze Hilde bedoelde die op ellebogen en knieën een schoorsteen imiteerde.

En wat deed Leo? Verwijderde hij een splinter uit Hilde’s achterwerk? Hij deed daar iets op de vierkante centimeter waardoor Hilde heen en weer schommelde. Zijn geslacht wiebelde stijfjes voor zijn buik. Er had een vlaggetje aan gemoeten, zoals bij uitstekende voorwerpen bij een vrachtauto, een rood vaantje. Ik vond ook zijn zak zo enorm groot. Bij mij zit dat strak tegen mijn buik. Dat was ook nu zo. Een stevig klompje van twee kastanjes om in termen van boomvruchten te blijven, want er was natuurlijk ook nog sprake van een eikel. Maar terug naar Leo ‘s zak: het zaakje bewoog zo daadkrachtig heen en weer, er moesten metalen kogels in zitten, het kon niet anders. Ik nam nog een trekje en gaf de joint weer door aan An achter me die haar handen over mijn huid liet trippelen. Ik had geen broek meer aan en hoewel mijn penis inspiratie zocht bij Leo ‘s grove geschut moest ik genoegen nemen met nauwelijks de helft.

Hilde was in opperste concentratie. Haar hoofd rustte op haar kin op de matras, de mond open. Achter, bij haar omhoog gestoken kont, verrichtte Leo zijn onduidelijke handelingen. Hij liet de peuk in zijn mond onafgebroken opgloeien. Ik zag as naar beneden dwarrelen. An vond het nodig over mij heen te klimmen, haar billen tegen mij aan te drukken en mijn knaapje zo te dirigeren dat hij van achterlangs haar pruimentaartje kon bereiken. Ik ben van jongs af aan al gek geweest op pruimen.

Een halve meter verderop gebeurde het onmogelijke. Het moment dat Leo met zijn eikel XL aan Hilde’s poortje klopte was eigenlijk maar kort. Het effect op Hilde was ongekend. Aanvankelijk was haar geprevel onverstaanbaar, maar hoe nadrukkelijker Leo een uitweg dan wel ingang zocht, en vond, hoe duidelijker haar woorden door het busje klonken. Als een mantra met hypnotiserend effect:

“Wees gegroet, Maria, vol van genade, de heer is met u, wees gegroet, Maria, vol van genade, de heer is met u…”

An strekte haar hand uit om Hilde’s hoofd te strelen. Ze draaide haar hoofd onze kant op, maar ik vroeg me af of ze ons zag. “Wees gegroet, Maria…” liet ze ons weten. Gevolgd door iets wat het meest weg had van een langgerekte zucht. Ook Leo, die nu voor driekwart bij Hilde binnen was, produceerde ondefinieerbare geluiden van achter uit zijn keel. Ik had nog nooit zoiets zinnelijks gezien als wat zich hier voor mijn neus afspeelde. Het stimulerend effect was groots en meeslepend en als vanzelf voerde ik het tempo op waarmee ik Ans pruimentaartje at. Ze was zo zacht en lief, ik had helemaal in haar willen kruipen. Misschien wilde Leo dat ook bij Hilde, hoewel hij besluiteloos in en uit haar bleef gaan.

In lawaai deden we niet onder voor elkaar. De kakofonie van geluiden die we produceerden moest over de hele camping te horen zijn. Ik verwachtte de eigenaar elk moment bij onze tent. Maar we moesten door, we hadden geen keus. An en ik hielden af en toe in om de bizarre circusact voor ons te aanschouwen en de naderende, onvermijdelijke climax uit te stellen. “Hilde is een dick worshipper,” becommentarieerde An de situatie. Ik wist niet wat het was, maar het zou wel iets te maken hebben met de onophoudelijke stroom Weesgegroetjes. Er was nog een moment voor An en mij even op adem te komen. Dat was toen Leo zich helemaal uit Hilde terugtrok, zijn glanzende paardenpik tussen Hilde’s billen liet rusten en ons een grimas gaf die er niet om loog. Hij keek An aan en trok een paar keer uitdagend zijn voorhuid op en neer. Het leek een provocatie naar mij toe, maar ik liet mij niet provoceren.

Ik verhoogde het tempo, zodat An weer bij de les was. Over Hilde’s gezicht lag een ontspannen blik, ze had haar ogen dicht. Tot Leo zich weer naar binnen werkte en het karwei af leek te gaan maken. Hij schakelde naar een hogere versnelling waarbij Hilde qua geluiden geïnspireerd leek door het oerwoud. Dat we met zijn vieren tegelijk klaarkwamen, moet een verzinsel zijn. Feit is dat we ergens als kwartet een punt bereikten waarvandaan geen weg omhoog meer was. We zaten op de Mount Everest, het hoogst bereikbare, alle vier in ademnood vanwege de ijle lucht. Hilde en Leo zakten uitgeput opzij, An en ik maakten het af met kusjes en aaitjes. We transpireerden bovenmatig, het was benauwd, we moesten naar buiten. Ook daar was het nog steeds warm. We liepen als vanzelf in de richting van het strand, het was nog niet donker. Afgezien van enkele wandelaars en jongens die een balletje trapten waren er geen mensen.

We trokken het weinige wat we aan hadden uit en doken in de zee die daar Het Kanaal heet. Nog konden we niet van elkaar afblijven. Hoewel niets zeker is in het leven, wisten An en ik daar in de branding dat we voorbestemd waren voor elkaar. God bestaat niet, maar daar op dat moment gaf hij ons een knipoog. Die nacht sliep ik bij An en Hilde bij Leo. We waren uitgeput en sliepen een gat in de dag. Toen ik mijn slaperige kop uit de tent stak (en An alweer intieme handelingen met mijn onderlijf verrichtte) zag ik eerst dat Hilde’s tas uit de voortent was verdwenen en vervolgens dat Leo ‘s busje in geen velden of wegen was te zien. Wel lag er een briefje in het handschrift van Leo: We zijn alvast vertrokken, zien jullie verderop langs de kust, we bellen.

Het werd nog een enerverende vakantie in Zuid-Engeland. An en ik bouwden aan een lange en duurzame relatie. We wisten dat we oud wilden worden met elkaar en dat we baby’s zouden verwekken. Dat we ooit opa en oma zouden worden. Dat we het gelukkigste stel van de wereld konden worden zonder daarvoor een medaille te ontvangen. Dat onze seks van constante kwaliteit zou zijn tot in lengte der dagen. Dat we van elkaar hielden. Dat we leefden in de grote L. Die van Lekker en Liefde.

Jammer genoeg kregen Hilde en Leo nog voor we Lands End bereikten al genoeg van elkaar. Misschien gaat dat zo bij relaties die vanaf het begin al over the top zijn. Dan kun je alleen nog maar naar beneden. Hilde is achtergebleven bij de eigenaar van een pub in Newquay. Leo is alleen naar huis teruggereden.

Arnulf

How useful was this post?

Click on a star to rate it!

Average rating / 5. Vote count:

No votes so far! Be the first to rate this post.

We are sorry that this post was not useful for you!

Let us improve this post!

Tell us how we can improve this post?

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *